IO-Link – grondbeginselen en technologie

IO-Link is de eerste, wereldwijd gestandaardiseerde IO-technologie (IEC 61131-9) om met sensoren en ook actuatoren te communiceren. Systeemcomponenten zijn een IO-Link Master en een IO-Link Device: een sensor, een actuator of een combinatie van beide.

De IO-Link Master is als bestanddeel van een I/O-module ofwel in de schakelkast of als remote-I/O met isolatieklasse IP 65/67 direct in het veld geïnstalleerd. De IO-Link Device wordt met een maximaal 20 m lange standaard-sensor-actuatorkabel op de master aangesloten. Deze produceert en consumeert signalen (binair schakelend, analoge ingang/uitgang) die via IO-Link direct gedigitaliseerd worden verzonden.

De standaard zetten: IO-Link van SICK

• Seriële bidirectionele point-to-point verbinding voor signaaloverdracht en voeding, zonder nieuw bussysteem
• Neerwaarts compatibel voor schakelende standaard-PNP-sensoren
• Modi: standaard-I/O-modus (SIO), IO-Link-modus
• Drie transmissiesnelheden: 4.800 (COM 1), 38.400 (COM 2), optioneel 230.400  aud (COM 3)
• Niet-afgeschermde standaard 3-draads industriële kabel voor alle verbindingen
• Stekker M12: vier-pins stekker bijv. bij sensoren, vijf-pins stekker bijv. bij actuatoren, vijf-pins contactdoos bij master
• Stekkertoewijzing: pin 1: 24 V, pin 3: 0 V, pin 4: schakel- en communicatiekabel (C/Q)
• Kabellengte maximaal 20 m
• Stroomopname voor voeding max. 200 mA
• Procesdata (bijv. schakelsignalen of afstandswaarden) worden cyclisch, servicedata (bijv. parameters) worden acyclisch verzonden