Met zijn nieuwe machines om matten op te rollen is de West-Vlaamse ondernemer Yves Lapauw niet aan zijn proefstuk toe. Meer dan dertig jaar was hij samen met zijn broer eigenaar van de firma Lapauw in Heule, die wasmachines, strijkmachines en andere apparatuur ontwikkelde en bouwde voor industriële wasserijen. Die andere apparatuur, dat zijn machines om wasgoed automatisch in te voeren, te plooien, te stapelen, enz. Technische uitdagingen aangaan en efficiënte en gebruiksvriendelijke oplossingen bedenken – dat typeert Lapauw en maakte het bedrijf in zijn niche een speler op wereldniveau.

In 2010 verkochten de broers het bedrijf en besloten elk hun eigen weg te gaan. Die bracht Yves Lapauw op een vakbeurs in Milaan, waar hij de idee opvatte om een machine te ontwikkelen om rubberen matten op te rollen.
Intussen zijn we twee jaar verder en biedt de firma Lamac Machinery al drie modellen van de machine, en een vulkaniseerpers waarmee men de matten kan herstellen, bijvoorbeeld door er een nieuwe boord aan te zetten, en waarmee men een RFID chip in het rubber van bestaande matten kan inbouwen. RFID wordt in de sector steeds vaker gebruikt om de logistieke processen bij het onderhoud van de matten te stroomlijnen.
 

Wie er zijn voeten aan veegt, staat daar allicht niet bij stil, maar de rubberen antivuilmatten die men vaak aan de ingang van kantoorgebouwen ziet, zijn kostbare goederen. Ze zijn in ieder geval niet te verwarren met de matten in kunststof die men standaard in warenhuizen kan kopen. De rubberen matten zijn heel soepel, zorgvuldig afgewerkt en dragen vaak een logo of embleem van de onderneming. Het onderhoud van dergelijke matten wordt meestal uitbesteed aan gespecialiseerde firma’s die ze regelmatig komen ophalen en met aangepaste machines reinigen en drogen.
“Om handelbaar te zijn, is het logisch van de matten op te rollen”, legt Yves Lapauw uit. “Meestal gebeurt dat manueel maar de bedrijven staan er niet bij stil hoeveel tijd daar inkruipt. We hebben eens nagerekend dat je manueel ongeveer 80 matten per uur kan oprollen. Wel, onze machine haalt een ritme van 300 à 400 matten per uur.”

Dat oprollen is echter niet vanzelfsprekend. “Voor nieuwe matten is het niet zo moeilijk, maar in de praktijk moet een wasserij ook oudere en beschadigde matten kunnen verwerken. We zijn er in geslaagd om een machine te ontwikkelen die dat voor elkaar krijgt, met een hoge betrouwbaarheid.” Het is meteen een gat in de markt, want concurrenten heeft Lamac Machinery niet of nauwelijks. En dus zit Yves Lapauw weer op de plaats waar hij zich het best voelt: in een niche waar de hele wereld zijn potentiële markt is.
 

Op de technische aspecten wil Yves Lapauw niet al te diep ingaan, want de machine is nog relatief nieuw en het technische vernuft ervan is een uitgesproken competitief voordeel. De essentie zit in de mechanica, in het systeem met riemen dat de mat meeneemt en zeer kort oprolt.
Matten kunnen zowel met het rubber naar binnen als met het rubber naar buiten opgerold worden. Met de stof langs buiten is voor de klanten het makkelijkst, omdat men dan blijft zien om welke mat het gaat en er dus minder fouten gemaakt worden in de logistiek. Maar voor de machine is het oprollen met de stof naar buiten net het moeilijkste, onder meer omwille van de oneffenheden bij oudere matten.
Dat Lamac Machinery hiervoor een oplossing bedacht heeft, is een van de sterkste troeven van de machine.

Een andere troef is dat de machines zonder omgesteld te worden, verschillende formaten van vloermatten aankunnen. Toch speelt het formaat wel degelijk een rol, want de aandrijving moet bij lange matten tijdens het oprollen bijgestuurd worden naarmate de diameter groter wordt. Daarom is er een fotocel op de machine geplaatst die de mat detecteert tijdens het invoeren en op basis daarvan de lengte bepaalt. Op basis van deze detectie bepaalt de machine ook wanneer men kan stoppen met rollen. Indien de klant dat wenst kan de rol dan nog automatisch omwikkeld worden en kan ze verplaatst worden naar een aangepast magazijn onder de machine.

Een van de uitdagingen voor de fotocel is dat er vaak logo’s en emblemen afgebeeld staan op de matten. Het plotse kleurverschil leidde bij de sensoren die men aanvankelijk gekozen had voor de machine vaak tot een foutieve interpretatie. En wanneer de mat omgekeerd gelegd werd, met het zwarte rubber naar boven, was het voor de fotocel nog moeilijker om het begin en einde van de mat te detecteren.
“Om op het zwarte rubber voldoende reflectie te krijgen, heeft men een hoge gevoeligheid nodig”, legt Jochen Messiaen uit. Hij neemt bij Lamac Machinery de sturingen van de machines voor zijn rekening.
“Bij een hoge gevoeligheid heb je het probleem dat de achtergrond, ook al zit die op grotere afstand, evenveel reflectie kan geven als de mat op korte afstand. Met de WTB-9 sensor van SICK hebben we dit probleem kunnen oplossen omdat die een intelligente background suppression heeft.”

De WTB-9 reeks zijn de eerste compacte fotocellen met de OES3-chip, de geavanceerde optische chip die in de meest performante sensoren gebruikt wordt.
“De fotocel meet zowel de hoek als de intensiteit van de reflectie”, zegt Bart Baert, account manager van SICK. “In de sensoren zit een systeem dat afwisselend met een krachtig en een kleiner signaal uitzendt. Daardoor kan de sensor zijn gevoeligheid continu bijsturen om tot een foutloze detectie te komen. Het is vergelijkbaar met de lichtmeting op een fototoestel.”
 

Voor de beveiliging van de machine werd gekozen voor de miniTwin 2 van SICK, een compacte uitvoering van de handdetectie-lichtschermen.
De naam Twin slaat op het feit dat aan beide zijden van het lichtscherm een zelfde toestel geplaatst wordt.

In dat toestel doet de helft van de lichtbalk dienst als zender terwijl de andere helft een ontvanger is. Door de balk aan de overzijde van het lichtscherm omgekeerd te plaatsen komen de zendgedeeltes van beide balken tegenover een ontvanger te staan en kan de barrière tot stand gebracht worden.

Het grote voordeel hiervan is dat men in plaats van een aparte zender en ontvanger nog één type toestel heeft, wat een besparing oplevert op voorraden. De intelligente bouw van het toestel maakt dat de hele lengte van de balk – in dit geval 180 mm – benut kan worden voor de beam van het lichtscherm. Alle intelligentie zit in het toestel zelf, waarvan de uitgang direct verbonden is met een veiligheidsrelais dat bij de detectie van een gevaarlijke situatie de aandrijving van de machine stillegt.

Het gebruik van de veiligheidslichtschermen, helpt Lamac Machinery om de machines zo compact en gebruiksvriendelijk mogelijk te houden, terwijl de veiligheid van de gebruiker maximaal gegarandeerd wordt.